Was dit document nuttig?
Samenvatting Celbiologie, celcyclus
Vak: Celbiologie (FA-103)
263 Documenten
Studenten deelden 263 documenten in dit vak
Universiteit: Universiteit Utrecht
Was dit document nuttig?
Taak 5
Leerdoelen:
1. Hoe verloopt de celcyclus? – verschillende fasen. P.576-586
2. Hoe is de verdeling van DNA over de 2 cellen? – bij mitose en meiose.
3. Wat is de rol van een Rb-eiwit in de regulatie van de celcyclus? P.593-594
4. Indien er schade is aan het DNA; hoe wordt de celdeling dan voorkomen? P. 572-576
5. Wat doet een P53-eiwit en is het goed- of kwaadaardig?p.594-595
6. Hoe leidt een signaal van buiten tot celdeling? – welke signalen.
Hoe verloopt de celcyclus? – verschillende fasen. (p.576-581)
Mitose: twee dochtercellen worden gevormd uit diploïde cellen, ze zijn identiek aan de moedercel.
DNA-replicatie: na DNA-replicatie bestaat elk chromosoom uit 2 zusterchromatiden.
M-fase: kerndeling (mitose) en cytoplasmatische deling (cytokinese)
1. profase: als individuele chromosomen zijn gecondenseerd tot het punt waarop ze zichtbaar zijn onder
de microscoop.
Interfase: diffuse van chromosomen (in slierten door elkaar); bij celsplitsing zijn ze niet
vervoerbaar.
Profase: chromosomen veranderen in compacte gevouwen vormen.
Elk profase-chromosoom is samengesteld uit 2 zusterchromatiden: door DNA-replicatie tijdens de S-fase.
Mitotic spindle: een structuur die de chromosomen naar de dochtercellen distributeert in een latere fase
in de mitose. Twee centrosomen bewegen naar tegenovergestelde kanten van de kern. De ruimte tussen
de centrosomen vult zich met microtubules. Dit vormt de mitotic spindle.
2. Prometafase: begint bij de fragmentatie/breking van het kernmembraan.
Door de breking van het kernmembraan kan de mitotic spindle de plaats waar de kern zich eerst
bevond, innemen en contact maken met de chromosomen (gepaarde chromatiden).
De spindle microtubules binden aan de gepaarde chromatiden aan een centromeer (op elk
chromatide): aan de kinetochoren. (kinetochoor-microtubulus aan kinetochoor in centromeer)
Tijdens de prometafase binden de spindle microtubules dus aan de kinetochoren waardoor de
chromatiden in de spindle worden gehaald. Hierdoor worden de chromosomen naar het centrum
van de cel gebracht.
3. Metafase: de chromosomen zijn maximaal gecondenseerd. Ze bevinden zich in een rechte lijn in de
mitotic spindle: metafase plate. De cel neemt een pause tijdens de metafase, waardoor er een
karyotype kan worden gemaakt: chromosomen kunnen dan herkend worden. Door de gelijke krachten
van de pool MT worden de zusterchromatiden naar de polen getrokken, maar blijft het systeem wel
stabiel.
4. Anafase: de zusterchromatiden worden naar de polen getrokken.
Anafase A: de chromosomen worden naar de spindle polen getrokken (centromeren eerst),
naarmate de kinetochoren korter worden.
Anafase B: de polen gaan meer uit elkaar, naarmate de pool MT’s langer worden.
Anafase A en B kunnen gelijktijdig plaatsvinden, maar kan ook eerst A en dan B.
5. Telofase: In het begin van de telofase zijn de dochterchromosomen aangekomen bij de polen. De
chromosomen veranderen in interfase-chromatiden. Tegelijkertijd ontwikkelen de kernen zich en
verdwijnt de mitotic spindle. Er wordt vervolgens een kernmembraan gevormd om de 2
dochterchromosomen: het einde van de mitose. De cel ondergaat vervolgens cytokinese, waardoor de
cel gesplitst wordt in 2 dochtercellen.