- Informatie
- AI Chat
Praktisch-Burgerlijk-recht-uitgediept-goed
Burgerlijk recht (BUR)
Hogeschool Vives
Aanbevolen voor jou
Preview tekst
1. Algemene inleiding Iedereen wordt verondersteld om de wet te kennen. (niet alleen juristen, maar ook alle burgers) Er zijn verschillen en gelijkenissen tussen recht en andere normenstelsels als godsdienst en moraal. 1. het begrip recht 1.2. Algemeen Het subjectieve recht is: heb het recht Het geheel van aanspraken die een persoon tegenover een ander laat gelden en waaruit voor die andere plichten ontstaan. VB: recht om te trouwen, recht om schadevergoeding te Het objectieve recht is: 1. 2. 3. 4. Een geheel van regels Opgelegd of ontvangen en bekrachtigd door de staat Naleving is afdwingbaar Beogen de ordening van het maatschappelijke leven. 1.2. Een geheel van algemeen geldende normatieve regelen. Recht is een geheel van regels. Merendeel zijn gedragsregels (betrekking op gedrag van rechtssubjecten). en organieke regels Bevelen, verbieden of een handelswijze toelaten Organieke regels: hebben niets te maken met gedragingen. Regels die iets organiseren (vb. aantal volksvertegenwoordigers, soorten Aanvullend of dwingend recht Dwingende bepalingen moeten nageleefd worden door elke burger. De wetgever laat hen geen keuze. Bij (bv. diefstal) volgt een sanctie. Deze regels zijn van dwingend recht. Vb: geen schijnhuwelijken, geen nachtwerk voor minderjarigen, geen kinderarbeid, Verdere opdeling dwingend recht De regels die de openbare orde (belangen vd staat) en de goede zeden (principes van algemeen aanvaarde moraal) aanbelangen De regels die sommige groepen zwakkere personen beschermen absolute nietigheid relatieve nietigheid Vb. openbare orde: draagmoederschap, contract huurmoordenaar, je moet hier werken tot aan je dood (onmogelijk vrijheid van de persoon) Vb. goede zeden: je kan niet naakt rondlopen, dat is tegen de goede zeden kan veranderen in de loop der jaren (evolueert nog altijd) De rechter verklaard of je onzedig gekleed bent. Vb. zwakkere personen minderjarigen, onbekwaam verklaarde geesteszieken, mensen die onder invloed van dwaling of dwang een overeenkomst sluiten mogen in principe geen contract ondertekenen voor bijvoorbeeld een kot. (dus dit slaat niet op de dagdagelijkse handelingen.) Als hij dat wel doet en betaalt meer dan de anderen kunnen de ouders het contract nietig verklaren. Opm: Iedereen kan nietigheid vragen. Opm: Beschermde persoon moet nietigheid vragen. Indien niet gevraagd, zal de rechter de overtreding van de regels niet sanctioneren. 1 Aanvullend recht Vb: Je kunt getrouwd zijn onder het wettelijk stelsel, maar met bijkomende zaken. Vb, verdeling van de goederen bij scheiding etc. dit kun je allemaal aanvullen aan je contract Regels gelden enkel voor de rechtssubjecten (burgers) voor zover zij geen andere regeling getroffen hebben. Je hebt de keuze om aanvullende bepalingen van de wet te volgen of een afwijkende overeenkomst te sluiten. Komt meest voor, van de meeste regels mag je afwijken of aanvullen Het onderscheid tussen deze twee soorten is zeer belangrijk! Als burgers tegen regel van dwingend recht in, afwijkende overeenkomst invullen, dan wordt de afwijking van het dwingend recht gesanctioneerd met de nietigheid van de genoemde overeenkomst. Het is dus van praktisch belang te kunnen uitmaken welk voorschrift dwingend, en welk aanvullend recht is. algemene of individuele normen Ze gelden voor alle rechtssubjecten die zich in dezelfde feitelijke omstandigheden bevinden. Bv. bepalingen met betrekking tot de woninghuurwet zijn van toepassing op alle mensen die een woning huren en onder het toepassingsgebied van de wet vallen. 1.2. Door de staat opgelegde of ontvangen en bekrachtigde normen Waar mensen samenwerken, heeft men regels nodig om goed te kunnen functioneren. Het recht vormt het normenstelsel van de staat. Aangezien staat soeverein1 is, geldt het recht boven elk ander normenstelsel. Recht (de wetten2) is opgelegd door de staat, de overheid vaardigt ze uit. Sommige wetten ontstaan door de rechtspraak, doordat de rechterlijke macht een deel van de openbare macht uitoefent. 1.2. Afdwingbare normen Rechtsregels hebben tot doel om bepaald gedrag af te dwingen van burgers. Meestal vrijwillig nageleefd, maar toch belangrijk om af te dwingen indien ze het niet vrijwillig doen. In een moderne maatschappij is het ontoelaatbaar dat de burgers zelf instaan voor het afdwingen van rechtsregels. Dit is de opdracht van de staat. Niet naleven van de rechtsnormen staat moet sancties voorzien en nodige structuren organiseren. Bv. een aannemer die gedwongen wordt om een ruwbouw te plaatsen, zal minder gemotiveerd zijn. MAAR: voor privaatrecht afdwingen van schadevergoedingen 1.2. Normen die de ordening van het maatschappelijk leven beogen Ordening van het maatschappelijk leven is het kenmerk dat recht onderscheidt van alle andere normensystemen die de mens kent. De mens: 1 2 Individueel wezen: de mens wil zoveel mogelijk zelf doen Sociaal wezen: de mens heeft anderen nodig om iets te bereiken Eigen baas in eigen gebied Iedere rechtsregel die een norm inhoudt 2 2. Indelingen van het recht 2. Privaatrecht publiekrecht (objectief recht) Publiekrecht: WAT? Vb: de stad vraagt hoeveel burger vraagt en koopt dit Objectieve rechtsnormen die het algemeen, openbaar belang betreffen Recht van de overheid t.o. de burger (Overheid zoekt bewijzen) HOE? 1. Regelt de inrichting, organisatie en werking van de staat, zijn onderdelen en organen 2. Bepaalt rechtsbetrekkingen van de staat, zijn onderdelen en organen t.o. elkaar, burgers en andere staten en internationale rechtspersonen INDELING 1. Grondwettelijk of constitutioneel recht Recht dat de regels omvat die de vestiging, de structuur en de uitoefening van het soevereine gezag betreffen. Regelt de inrichting van de staatsmachten, hun onderlinge verhoudingen en de grondrechten die aan de burgers zijn toegekend. Hoofdzakelijk in de Grondwet 2. Administratief recht of bestuursrecht Omvat regels over inrichting en werking van de organen van de uitvoerende macht (de regering, de ambtenaren). Het bepaalt hoe de staat en zijn onderverdelingen (provincies, gemeenten) functioneren. Vb: onteigening en ruimtelijke ordening, milieurecht, energierecht, mediarecht, onderwijsrecht Speciale administratieve rechtbank:Raad van state 3. Strafrecht: 3 strafrecht: beschrijft de strafbare feiten. 3 soorten misdrijven: o Overtredingen politiestraf Politie RB: dagen gevangenisstraf o Wanbedrijven correctionele straf Corr. RB: 8d 5j gevangenisstraf o Misdaden criminele straffen Hof van assisen: dwangarbeid, opsluiting, geldboete De meeste strafbare feiten worden opgesomd in het Strafwetboek. 3 Formele strafprocesrecht: Regels over de wijze waarop onderzoek naar eventuele misdrijven gevoerd moet worden, hoe procedure rechtbank verloopt en hoe uitgesproken straffen uitgevoerd worden. Te vinden in: Wetboek van strafvordering 4. Fiscaal recht of belastingrecht: Betreft heffen innen van belastingen. Ze worden verdeeld in directe en indirect belastingen. Directe: voortdurende toestand van personen (vb. inkomensbelastingen) Indirecte: gebeurtenissen van toevallige of voorbijgaande aard (vb. successierechten, btw) 4 Privaatrecht: WAT? Vb: stad verplicht de burger om te verkopen Betrekking op private belangen. Recht van de burger t.o. een andere burger. (Zelf dagvaarden, zelf bewijzen zoeken) HOE? ordenen van rechtsverhoudingen tussen burgers onderling en t.o. publiekrechtelijke rechtspersonen INDELING 1. Burgerlijk recht: gemeenschappelijk voor burgers, zonder onderscheid. Regelt de courante verhouding tussen mensen. Neergeschreven in Burgerlijk wetboek 2. Internationaal Privaatrecht: Regelt voor grensoverschrijdende gevallen de bevoegdheid van de Belgische rechters en de aanwijzing van het toepasselijk recht. 2.2. enkele gemengde takken Sociaal recht: o Arbeidsrecht: normen die individuele en collectieve relaties tss WN en WG regelen Individueel arbeidsrecht relatie tss WN en WG privaatrechtelijk VB. arbeidsovereenkomst, o Socialezekerheidsrecht: bevat de regels waarbij de overheid als behoeder van het algemeen belang sociale maatregelen voorziet publiekrechtelijk 2. supranationaal recht versus nationaal recht Supranationaal recht: regels die grenzen van een staat overschrijdt 5 o Goedgekeurd in betrokken parlement bij gewone meerderheid en bekrachtigd en afgekondigd door de overeenstemmende deelregering en gepubliceerd in B. staatsblad. o Kracht van een federale wet binnen het grondgebied van de betrokken regio. Wetten, decreten en ordonnanties staan op hetzelfde niveau o UITZONDERLIJK IN BELGIE! Normaal gezien staat wet boven decreet. o Conflicten wet en decreet? Grondwettelijk Hof spreekt zich uit. Ordonnanties: Brussel beslist o Uitgevaardigd door: Brussels Hoofdstedelijk Parlement o Goedgekeurd op dezelfde manier als decreet o Kracht van wet in Brusselse Gewest 4. Structuren en instellingen 4.1. parlementaire democratie Democratie macht het volk (MAAR: geen soevereiniteit en bepaald door de Grondwet) Macht wordt uitgeoefend door de parlementaire democratie (parlementsleden: volksvertegenwoordigers en senatoren) Volk kiest vertegenwoordigers: representatieve democratie De regering in een parlementair stelsel is de emanatie van het parlement. De regering moet het vertrouwen krijgen van het parlement. Via de regeringsverklaring vraagt de regering het vertrouwen van het parlement. 4.1. scheiding van machten (vele grondwetten zijn hierop gebaseerd) Montesquieu: de des lois in trias politica: Wetgevende macht parlement Uitvoerende macht regering Rechterlijke macht rechtbank Deze drie machten moeten elkaar controleren om te voorkomen dat macht de bovenhand krijgt. Staat strikt in de Grondwet, niemand krijgt meer macht dan in de Grondwet staat. OPM: vierde macht is de pers! 4.1. Rechtsstaat Door de rechtsstaat is de macht van de staatsinstellingen beperkt door het recht (machtsbeperking): Door de verdeling van de macht (scheiding der machten) Door toekennen van fundamentele rechten en vrijheden aan de burgers 7 4.1. erfelijke constitutionele monarchie Monarchie Koning wordt erfelijk aangeduid volgens het eerste geboorterecht normaal macht bij persoon (beperkt door scheiding der machten) officieel hoogste macht bij het parlement 4.1. federale staat Vroeger (1830): B was eenheidsstaat waar beslissing bij nationale parlement en regering lag. Nu: federale structuur die gewestelijke en culturele identiteiten verzoent 1. hoogste niveau: federale overheid, de gemeenschappen en gewesten Gemeenschappen: Vlaamse, Franse en Duitstalige Gemeenschap Gewesten: Vlaams, Waals, Brussels Gewest 2. middelste niveau: provincies (ondergeschikt bestuur) 3. laagste niveau: gemeenten (ondergeschikt bestuur) Federale Ieder niveau heeft eigen bevoegdheden, fin. middelen en wetgev en uitvoerende macht OPM: Gemeenschappen (culturele autonomie) en Gewesten (economische autonomie) worden in Vlaanderen samengenomen, in niet. Federalisme samenbrengen van deelstaten en volkeren die vrijwillig aanvaarden samen te leven in staatsverband MAAR: problemen door land die bestuurd wordt door verschillende autonome overheden over zaken waarvoor ze zijn aangesteld. (exclusieve, concurrerende en parallelle bevoegdheden) 1. taalconflict: Frans en Nederlands 2. economisch conflict 3. levensbeschouwelijk conflict: vrijzinnig, Vlaanderen katholiek 4 Federale politieke instellingen 8 5. Rechtshandhaving 5. privaatrechtelijk procesrecht 5.2. Procedure in eerste aanleg A De rechtsingang op tegenspraak De partij moet zelf de touwtjes in handen nemen door: A) te dagvaarden (soort uitnodiging) B) een verzoekschrift C) vrijwillige verschijning Dagvaarding Via een gerechtsdeurwaarder Wederpartij wordt opgeroepen om voor de rechter verschijnen Vermeldingen: identiteit partijen, onderwerp, samenvatting, plaats dag en uur terechtzitting Belangrijk om aanwezig te zijn heel duur Verzoekschrift Via de griffier Beide partijen worden opgeroepen om voor de rechter te verschijnen. via een gerechtsbrief (hierdoor spaart men kosten van de deurwaarder uit) Minder duur, bijna hetzelfde als dagvaarding De procedure is enkel mogelijk wanneer de wet hierin voorziet Vrijwillige verschijning Verklaring die beide partijen op een vastgelegde inleidingzitting voorleggen aan de rechter Gerechtskosten is altijd voor de verliezende partij B De inleidende zitting Vooraf rolrecht betalen (inschrijven op algemene rol) Algemene rol bijgehouden door griffier: elke zaak wordt ingeschreven in volgorde van binnenkomst Bijzondere rol: bijgehouden door griffier: lijst van alle zaken van een bepaalde kamer Zittingsrol: lijst van alle zaken die op een bepaalde zitting worden behandeld in volgorde van inschrijving op algemene rol Partijen in persoon of vertegenwoordig door advocaat verschijnen op datum vermeld in dagvaarding of gerechtsbrief Korte debatten (weinig discussies) kunnen op verzoek in de inleidingszitting worden behandeld. VB: onbetwistbare factuur, huurschuld met afbetalingstermijn (In een burgerlijke handelszaak zijn het alleen de advocaten die aanwezig zijn. Men weet op voorhand wat de tegenpartij zal pleiten en mag de andere ook niet voor verrassingen plaatsen.) 10 C Conclusies Besluiten van de rechtbank. In zaken die op inleidende zitting niet behandeld zijn, nemen partijen conclusies. Een conclusie is een geschreven akte waarin een procespartij haar eis of verweer formuleert ten aanzien van de andere partij en ten aanzien van de rechter. Je bent verplicht de tegenpartij een kopie van je pleidooi te geven geldt als middel om de rechter te dwingen te antwoorden op de aangevoerde middelen. dit is een onderdeel van de motivatieplicht die de Grondwet voorschrijft Stel dat een zaak verjaard is moet de tegenpartij bewijzen dat dit bijvoorbeeld niet verjaard is. Schadevergoeding vorderen wegens tergend en roekeloos geding: Als je vindt dat je volkomen onterecht gedagvaard bent, kan je via een tegeneis een schade vergoeding vragen omdat iemand je aanklaagt. De verweerder kan dan een tegenvordering opstellen. D Instaatstelling De zaak wordt definitief behandeld Partijen kunnen kiezen hoeveel conclusies ze mogen nemen en binnen welke termijnen Er wordt een pleitdatum vastgelegd en de duur van de pleidooien (partijen zijn gebonden) Geen overeenkomst over het verloop van de procedure? rechter stelt zelf een kalender op met conclusietermijnen en pleitdatum E Terechtzitting Dag waarop de rechtsdag wordt vastgesteld Pleidooien zijn openbaar (grondwettelijk principe) behalve bij minderjarigen (Advocaten van) zowel eiser als verweerder lichten hun standpunt toe Partijen moeten zelf niet aanwezig zijn, behalve in strafzaken F Vonnis Voorlopig einde van de zaak, rechter neemt zaak in beraad (vonnis uitwerken) Debatten worden gesloten en uitspraak moet gebeuren binnen de maand o Bij vertragingen van van de zaak onttrokken De uitspraak is openbaar Vonnis: beslissing van een lagere rechtbank op niveau van een gerechtelijk arrondissement of een kanton. Bestaat uit redengeving en een beschikkend gedeelte. Arrest: beslissing van een hof De griffier zendt afschrift van vonnis naar winnende partij en betekent de uitspraak aan de andere partij (gerechtsdeurwaarderexploot). Door betekening begint termijn van verzet en beroep te lopen. 11 3) Cassatie Verschil tussen cassatie en beroep Cassatie Hier maakt de rechter een procedure fout of heeft de wet verkeerd toegepast. derde aanleg Beroep Hier betwist je feiten. (dan begint de hele zaak terug van het begin) Beroep doen op Hof van Cassatie: Overtreding van de wet Schending van of op straffe van nietigheid Hof van Cassatie is slechts bevoegd om uitspraak te doen over beslissingen die in laatste aanleg gewezen zijn (dus in beroep of in eerste en laatste aanleg). Je kan niet rechtstreeks naar cassatie! toezicht op wettigheid van rechterlijke beslissingen Als cassatie jou gelijk heeft kun je weer helemaal opnieuw beginnen bij eerste aanleg. Wat cassatie zegt is alleen bindend voor die zaak. 13 5. Gewone gerechtelijke instellingen: rechtbanken en hoven 5.3. Bevoegdheden van de rechtbanken Domeinen ih recht: strafrecht, en jeugdrecht, handelsrecht, sociaal recht, burgerlijk recht en fiscaal recht (binnenin deze domeinen ook nog onderverdelingen) Specialisatie vd rechtbanken: bevoegdheid: bevoegd voor geschillen in een bepaald domein vh recht Territoriale bevoegdheid: bevoegd voor geschillen over een bepaald grondgebied Laagste rechtbank: o Vredesgerecht: 1 per gerechtelijk kanton en vl. in gent) Tweede niveau: arrondissement Derde niveau: provincies o Vierde niveau: o Hoven van beroep o Arbeidshoven Hoogste nationale niveau: o Assisenhoven Belgische grondgebied Hof van cassatie Supranationaal niveau: o o Europees hof van justitie o Europees hof voor de rechten vd mens Luxemburg Straatsburg Voor elk niveau is er een wetgevende macht, uitvoerende macht en bevoegdheid heeft een rechtelijke macht niet voor elk niveau Hoe opvragen? Je krijgt een vb: welk niveau wordt dit opgelost? 5.3. Organisatie van de rechtbanken over het B grondgebied Vredegerecht laagste rechtbank Algemene bevoegdheid (bedrag 2500 euro) o Burgerlijke zaken Specifieke bevoegdheid (ongeacht het bedrag) o huur o onteigening o erfdienstbaarheden o onderhoudsuitkeringen ivm echtscheidingen 14 Correctionele rechtbank 1. Oordelen in eerste aanleg over gewone misdrijven Straf: o o 8 dagen 5 jaar gevangenisstraf Geldboete min. 26 euro of werkstraf van 45 300 uur 2. Oordeelt over verkeersmisdrijven waar politierechtbanken bevoegd zijn (wanbedrijven) 3. Oordeelt in hoger beroep over misdrijven die in eerste aanleg door politierechtbank gevonnist werden 4. Misdaden van verzachtende omstandigheden gecorrectionaliseerde misdaden) Maximale straf: opsluiting van jaar of levenslange opsluiting 20 jaar Strafuitvoeringsrechtbank (enkel waar zetel van hof van beroep gevestigd is) Waken over uitvoering vd straffen die uitgesproken zijn door hoven en rechtbanken Oordeelt enkel over straffen 3 jaar Oordelen over het al dan niet toekennen van strafuitvoeringsmodaliteiten, elektronisch toezicht en voorwaardelijke invrijheidstelling (bv enkelband) Tegen uitspraken van deze rechtbanken is geen beroep mogelijk, wel cassatie Fiscale kamer voor belasting geschillen (steeds beroep mogelijk) Voorzitter vd rechtbank van eerste aanleg heeft bijzondere bevoegdheid: uitspraak in alle zaken (die hij spoedeisend acht) Rechtbank van koophandel Alle handelszaken (geschillen tss ondernemingen) 2500 euro. Geschillen i.v. wisselbrieven en orderbriefjes jurist (beroepsmagistraat, rechter) twee handelaren (lekenrechters rechters in handelszaken) Bv faillissementen, geschillen tussen vennoten van Arbeidsrechtbank Ongeacht het bedrag Geschillen tussen werkgevers en werknemers bv. arbeidsovereenkomsten, gelijke behandeling tss mannen en vrouwen, toepassing van 1 jurist, beroepsrechter en 2 rechters in sociale zaken, vertegenwoordigers vd representatieve organisaties van WG, WN en zelfstandigen Zetelt nooit in beroep! vrederechter heeft geen bevoegdheid in sociale zaken Hof van beroep Je kan niet direct naar dit hof gaan, je moet eerst een andere rechtbank gedaan hebben Kamers voor: o Burgerlijke zaken handelszaken) o Jeugdzaken o Strafzaken (zaken na correctionele rechtbank) 16 OPM: ministers kunnen voor misdrijven (tijdens hun ambt) in 1 e aanleg door hof van beroep berecht worden. Arbeidshof Samenstelling: 1 raadsheer, beroepsmagistraat, 2 raadsheren in soc zaken, vertegenwoordigers vd representatieve organisaties van WG, WN en zelfstandigen. Als appelrechter tegen vonnissen die in eerste aanleg door arbeidsrechtbank beslist werden Hof van Cassatie In B Hof van Cassatie (Brussel) Normale termijn voor cassatie is 3 maanden na vonnis Hoe? in (verzoekschrift) neerleggen op griffie van cassatie Geen schorsende werking je kan jezelf niet verdedigen 5. Bijzondere instellingen: Raad van State Grondwettelijk Hof 5.4. Grondwettelijk Hof Wat? Beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van een wet, decreet of ordonnantie wegens schending van: Regels door Grondwet voor onderscheiden bevoegdheid gewesten, gemeenschappen en staat VB: vrijheid van onderwijs De Belg en hun rechten VB. gelijkheid en De grondwet Ook: Conflict tussen wet en decreten onderling (Vlaams en Waals) Hof controleert eerst volksraadpleging (voor gewestelijke materies) Vb. Vlaanderen wil dingen doen voor Brussel, maar vindt dat Vlaanderen daar zich niet mee moet moeien. De bevoegdheid van het Grondwettelijk Hof is het vernietigen van rechtsregels die een federaal of regionaal parlement uitgevaardigd heeft maar in strijd zijn met haar bevoegdheden. OPM: Geen algemene toetsingsbevoegdheid (mag enkel nagaan, geen geschillen onderzoeken Hof behoort niet tot de rechterlijke macht) 5.4. Raad van State Scheidsrechter op uitvoerend vlak voor vergunningen, benoemingen en Koninklijke besluiten. De raad van staten kan deze vernietigen. De Raad van State heeft twee belangrijke taken: 1. Hij doet bij wege van arrest uitspraak als administratief rechtscollege 2. Hij geeft advies in de voor de wet bepaalde gevallen. 2 afdelingen: Afdeling bestuursrechtspraak Afdeling wetgeving 17 19 Deel 2: en familierecht 1. Personenrecht Personenrecht: bepaling wie persoon is, welke zijn zijn en bescherming Familierecht: verhouding gebaseerd op afstamming, levensgemeenschap tss volwassenen 1. begrip en soorten personen 1.1. begrip Een persoon is elke identiteit die drager kan zijn van rechten en plichten. Deze eigenschap heet de rechtsbekwaamheid. 1.1. soorten A) Natuurlijke personen (zoals de normale mens) Wat? Iedereen is rechts bekwaam (drager van rechten en plichten: bv. kan huwen, mag erven, mag schenken) van bij hun geboorte (of ervoor bv abortuswet) tot hun dood. OPM: enkel geldig voor Belgen (en vreemdelingen op Belgisch grondgebied) VB: Dokters, mogen geen schenkingen ontvangen omwille van hun functie VB: Dutroux werd enkele van zijn rechten ontnomen! B) Rechtspersonen (hebben bepaalde bekwaamheid) Wat? Het recht geeft aan bepaalde de hoedanigheid van persoon. OPM: een rechtspersoon heeft geen familierechten en geen politieke rechten. VB: wanneer een natuurlijk persoon schulden heeft, gaat al het vermogen naar de schuldeisers. Niet zo als je een vzw, vennootschap opricht. (niet schuldig in eigen naam, minder verantwoordelijkheid) 1.1. ontstaan en van de persoonlijkheid Bestaan vd natuurlijk persoon vangen aan bij geboorte en stoppen bij de dood. Maar nuanceringen! VB: een ongeboren kind kan ook erkend worden heeft recht op bescherming (beperkt: abortus) VB: de wil van een overledene kan gevolgen hebben na zijn dood (testament) 1.2. Elementen van staat E) Handelings(on)bekwaamheid Rechts bekwaam: Wat? Iedereen is rechts bekwaam (drager van rechten en plichten) Vb: je hebt een kind die nog geboren moet worden, maar de vader sterft: o Gehuwd: kind heeft het erfrecht van die vader o Niet gehuwd: je kunt niet bewijzen dat het die vader is, dus je moet een erkenning doen, dus als vader kan je het kind erkennen en dan is het kind wel met erfrecht Handels(on)bekwaamheid: Handelingsbekwaam: je mag rechten zelf uitoefenen. eerst rechtsbekwaam zijn om handelingsbekwaam te zijn!! Handelingsbekwaamheid te maken met juridisch vermogen, niet feitelijke kunnen 20
Praktisch-Burgerlijk-recht-uitgediept-goed
Vak: Burgerlijk recht (BUR)
Universiteit: Hogeschool Vives
Dit is een preview
Toegang tot alle documenten
Onbeperkt downloaden
Hogere cijfers halen
