Meteen naar document

Praktijk 1 - Samenvatting hoofdstuk: 3 - 6 - 7 - 8 - 9

Samenvatting hoofdstuk: 3 - 6 - 7 - 8 - 9
Vak

Praktijk 1

31 Documenten
Studenten deelden 31 documenten in dit vak
Studiejaar: 2016/2017
Geüpload door:
Anonieme student
Dit document is geüpload door een student, net als jij, die anoniem wil blijven.
Arteveldehogeschool

Reacties

inloggen of registreren om een reactie te plaatsen.

Preview tekst

Samenvatting Praktijk 1 Examens lentesemester 2016 2017 Gregory Cneut ARTEVELDEHOGESCHOOL 1 Samenvatting Praktijk 1 3) Plannen en voorbereiden 3.2 en groepsactiviteiten Ervaringssituaties Een klasmoment waarin de klr. doelbewust zoveel mogelijk kansen krijgt om spelenderwijze, zelfwerkzaam en betrokken ervaringen op te doen. Deze ervaringen kunnen fundamentele veranderingen teweegbrengen op het vlak van de totale persoon. Een ervaringssituatie bepalen: Een bepaald accent, Een bepaalde richting aan je activiteit geven Meteen worden daarmee de voornaamste doelen en mate van sturing door de Kl. bepaald Er zijn 4 verschillende ervaringssituaties: 1) Zelfstandig spelen (ZS) vrij spelen. 2) Explorerend beleven. (EB) 3) Ontwikkelingondersteunend leren. (OL) 4) Ontmoeten. (O) Zelfstandig spelen Een klasmoment waarin de klr. zelf het verloop en de vulling van zijn bepaalt. Inbreng Kl. bepaalt NIET het verloop van het spel. Kl. bedenkt de act., zoekt materiaal Kl. stelt grenzen en verrijkt het spel Klr. speelt hoofdrol! Voorbeeld: Vrij Zelfstandig Zelfstandig puzzelen, Zelfstandig een zakje knutselen voor de zelfgemaakte truffels voor mama Geschenkpapier versieren voor het geschenkje van mama Een kadertje timmeren in de timmerhoek Spelen in de massagehoek Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 3 Samenvatting Praktijk 1 Voorwaarden: De echte werkelijkheid komt aan bod. Gericht op de kern van de werkelijkheid. Aansluiten bij de leefwereld van de klrs. Kansen tot speels, gevarieerd, actief ontdekken verwoorden De klrs. zelf exploreren de werkelijkheid Kansen tot veelzijdig ontdekken zoveel mogelijk worden bij de activiteit betrokken. Kansen om gevoelens te uiten die de beleving bij hen oproept Kansen om t reflecteren over waarden die de beleving oproept Zet aan tot verdere exploratie van het BC Kern: Veelzijdig en actief ontdekken van de werkelijkheid. Verloop: Inbreng van kleuters en kleuterleid(st)er Ervaringskansen: De totale persoon Ontwikkelingondersteunend leren gestuurd Een klasmoment waarin de Kl. de inhoud en het verloop van de activiteit bepaalt in de richting van specifieke kennis en vaardigheden. De Kl. stuurt het verloop van de activiteit in de richting van haar doelen. Klr. krijgt waar mogelijk kansen tot eigen inbreng en zelfstandig actief zijn, de Kl. speelt de hoofdrol. Voorbeeld: Een bewegingsactiviteit gericht op evenwicht Kringgesprek rond het herkennen van gevoelens Activiteit waarin enkele klrs. de basistechnieken van knippen leren, Oefenen van schrijfpatronen Een geheugenspelletje spelen met de van de Verzinnen wat mama allemaal kan en er een versje rond verzinnen Kledingstukken en attributen sorteren in hoepels: mama, papa, allebei Ontwikkelingswaarde: Specifieke Specifieke (Taakgerichtheid) Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 4 Samenvatting Praktijk 1 Voorwaarden: Wordt door de klrs. ervaren als Sluit aan bij de interesse en de mogelijkheden van de klrs. en bij de leefwereld van naaste ontwikkeling). Kl. leidt gericht op fundamentele veranderingen Wat de klrs. doen houdt verband met het vooropgestelde doel De Kl. tracht het doel te bereiken door de klrs. veel te laten handelen en hoge betrokkenheid van de klrs. (Deel)doelen structurele hulp, op de achtergrond, voor de Kl. Kern: Gestuurd spelen Verloop: Door de leidster bepaald Ervaringskansen: Specifieke kennis en vaardigheden Ontmoeten Een klasmoment van ongedwongen samenzijn waarin de klrs. elkaar leren kennen. Ze leren elkaar kennen, communiceren met elkaar en voelen dat ze tot de groep behoren en putten er kracht uit om verder te ontwikkelen. actief beleven en genieten van het samenzijn. Voorbeeld: Individueel onthaal van de dagopening, Een keuzemoment, Feest vieren, een kringgesprek, Een gebedsmoment, Luisteren naar een verhaal, Leuke tussendoortje, Vertellen over Een poppenspel: bij mama in het grote Spelen met een liedje Ontwikkelingswaarde: (positieve ingesteldheid) Zichzelf De anderen De wereld rondom zich Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 6 Samenvatting Praktijk 1 Klasschikking bij groepsactiviteiten Ga bij elke groepsactiviteit na waar je de activiteit zal geven. Zorg dat je alle klrs. in het oog kan houden tijdens de activiteiten en bij de jongste zorg je er ook steeds voor dat zij jou zien. Afsluiten: terugblikken en vooruitblikken Terugblikken: a.d.h. een keuzebord. Laat de klrs. waardevolle ervaringen verwoorden i.v. de activiteiten. Vooruitblikken: Kik met de klrs vooruit, formuleer verder plannen. Aanpassing na observatie Observeer het spelen van de klrs. Tijdens het observeren, kan je vaststellingen doen die te maken hebben met materiaal, grenzen en afspraken, opdrachten, begeleiding, het opruimen en het terugblikken. 3.2 Zelfstandige Activiteiten Organisatie van groepsactiviteiten Aandachtspunten voor observatie Bestaand keuzeaanbod Beginsituatie van de klrs. Thematisch aanbod Keuzeaanbod Keuzeproces Groepsverdeling Wisselkansen Handelen van de mentor Afsluiten van het in de zelfstandige groepen Opruimen Terugblikken Aanzet: aankondigen van het keuzeaanbod tijdens een G Uitleg van de ZAn Om het initiatief van de klrs. te stimuleren, biedt de Kl. een zo groot mogelijk aanbod van activiteiten en materialen aan, waaruit de klrs. kunnen kiezen. Denk na hoe je de activiteiten zal aan bieden. Inhoudelijk: Houd bij het verwoorden rekening met de gekozen Zorg dat je het aanbod zeer duidelijk verwoordt in een taal die de klrs. begrijpen. Wees heel concreet: toon het materiaal waarmee gespeeld en gewerkt mag worden en toon hoe je de techniek moet toepassen. (Werk met prenten). Motiveer de klrs. voor de activiteiten en wees enthousiast. Sluit aan bij ervaringen van de klrs. Kleed je aanbod in op een speelse manier. (Maak gebruik van een pop, zorg voor verrassing, gebruik muziek, een speelversje, verkleed je, Denk aan integreren van de 5 muzische talenten (beeld, muziek, beweging, media en drama). Kondig alle activiteiten op een evenwaardige wijze aan. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 7 Samenvatting Praktijk 1 Organisatorisch: Stel je aanbod voor in de onthaalkring, aan de volledige klasgroep Verwijs tijdens de uitleg naar de prenten van het keuzeaanbod of leg een voorwerp in de kring. (Visualiseren helpt de klrs. om het keuzeaanbod te onthouden). Maak je aanbod voldoende ruim. Grenzen en afspraken Klrs. moeten weten wat van hen verwacht wordt tijdens de zelfstandige activiteit. Tips: Formuleer grenzen en afspraken positief (niet zeggen wat je niet wilt maar wat je wel van hen verlangt). Noteer duidelijke grenzen bij ieder materiaal en bij iedere nieuwe activiteit. Bij ZAn Spelafspraken: Zijn afspraken of grenzen die het vlot en intens spelen van klrs. regelen of mogelijk maken. Formuleer afspraken positief en zo concreet mogelijk. Je geeft aan: Waar de klrs. met het materiaal kunnen activiteiten plaatsvinden. Welk symbool aangeeft welke klrs. in die hoeken mogen spelen. Zijn er en hoe verlopen deze? Moeten de klrs. een schort wassen? Welk materiaal klrs. zelfstandig mogen nemen. Aanzet opstarten van de activiteiten van de begeleide groep ven van de zelfstandige groepen. Het begeleiden van naast een BA Ook als de Kl. een BG begeleid, is deze verantwoordelijk voor de betrokken activiteit van de zelfstandige groepen. Tips: Denk aan je positie in de zie ik alle klrs. goed? Verlaat af en toe eens je BG om de ZAn in de gaten te houden, zorg wel dat je ondertussen weten wat te doen. Begeleiden van een keuzeaanbod van een ZAn De Kl. beweegt zicht tijdens de groepsactiviteit van de ene groep naar de andere (Hangt af van de noden van de klrs.). De Kl. observeert vanuit en en is actief bezig met de klrs. Observeren van welbevinden en betrokkenheid is belangrijk, maar om ontwikkelingsgericht te begeleiden moet je ook kijken naar WAT de klrs. doen en HOE ze het doen. zone van naaste ontwikkeling. Aanpassen na observatie Tijdens het spel van de klrs., observeert de Kl. en kan deze nog vaststellingen maken i.v. het materiaal, met de grenzen en afspraken, de opdrachten, de begeleidingen, het opruimen en het terugblikken. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 9 Samenvatting Praktijk 1 Organisatie en begeleiden: Concreet formuleren, eventueel individueel. Groepen met veel werk eerder laten opruimen. Zeg hen waarom ze moeten opruimen(motiveren). Eventueel muziekje op de achtergrond en kan de duur bepalen van het opruimen. Kl. aanwezig en helpen waar nodig. Waardeer de geleverde prestatie. Vlot verloop hangt vaak af van voorzieningen in de klas: duidelijke afspraakplaats, klrs. kunnen het materiaal zelf wegzetten, dozen voorzien van etiketten of symbolen. Afspraken voldoende gekend. Tips: laat de klrs. zelf opruimen, formuleer opruimopdracht positief. Na het opruimen: Terug naar de kring, andere klrs. laten helpen in hoeken, iets doen in de kring terwijl ze wachten. Vermijd dode momenten. Herhalen lied of versje, kringspelletje, observeer steeds de klrs. die nog aan het opruimen zijn want ze kunnen dit rekken. Tussendoortjes Als activiteiten korter duren dan voorzien. Als er onrust is, als klrs. vroeger klaar zijn. Dit kan ook herhaling zijn van taalspelletje, muziekmoment maar klrs. leren graag nieuwe spelletjes. Aandachtstrekkertjes Dit moet je zeker afwisselen, bv. handpop, stiltelied, instrument gebruiken, themalied herhalen, liedje op klokkenspel spelen. Je moet hierna weer enthousiast verder gaan met de activiteit. Als het echt niet werk durf dan klrs. te straffen maar altijd met respect. 3 Deel 3: introductie in het uitwerken van een 3.3 Planning van een stageblokje Een een belangstellingscentrum (of thema) en stuk werkelijkheid. Het BC wordt gekozen uit de en belevingswereld van de klrs. en sluit aan bij de ervaringen en het niveau van de klrs. In lessen gaan we samen op zoek naar passende voor de verschillende leeftijdsgroepen. Samenhang is van belang Bij het uitwerken van een BC, houd je rekening met samenhang. Wat de Kl. aanbiedt aan de klrs. moet betekenisvol zijn en het geheel moet logisch aanvoelen. Deze geven helderheid en prikkelen hun betrokkenheid. Dit kan je realiseren door een goede De materialen die je aanbiedt helpen de klrs. om ervaringen op te doen in de richting van je vooropgestelde Dominante Ontwikkeling. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 10 Samenvatting Praktijk 1 Dominante Om doelgericht te werken, bieden we ervaringskansen aan maar we moeten wel zeggen voor welke odomeinen en we deze aanbieden. Hiervoor houden we rekening met de klrs. (interesse, behoefte, leeftijd, en inhoud van het BC. De Dominante zijn richtinggevend. In zoveel activiteiten, die uitgewerkt worden binnen het BC, worden bewust kansen geboden i.f. de geselecteerde dominante Andere kunnen ook nog aan bod komen. Het is nooit mogelijk en ook niet wenselijk om alle aangeboden activiteiten hierbinnen te laten passen. Omdat het Ontwikkelingsplan geen algemeen geldend instrument in Vlaanderen, zullen we per dominant OA steeds de link leggen met het passende doel ui het ODET. Om aan te tonen dat we in onze activiteit wel degelijk aan deze dominante OA werken, zullen we linken leggen met de dominante Thematische milieuverrijking Het klasmilieu verrijken met materiaal typisch voor het 4 aspecten: 1) Inrichtingen van een nieuwe thematische hoek. 2) Vervangen aanbrengen van nieuw, thematisch materiaal in de bestaande hoeken 3) blikvanger 4) illustratiemateriaal Een Impressieactiviteit Is een activiteit waarin de klrs. kansen krijgen. Om concreet materiaal te verkennen met hun zintuigen: voelen, ruiken, zien, horen, proeven. Tot explorerend beleven. Het is moment waarop klrs. actief in contact komen met de werkelijkheid, is een moment waarop klrs. indrukken, ervaringen, belevenissen opdoen waarmee later verder gewerkt kan worden. Impressieactiviteiten worden vroeg in de uitwerking van het BC geplaatst en herhaald. Impressieactiviteiten kan bestaan uit: Uitstappen met de klrs. Een bezoek in de klas Een interview Het verhaal waarop wordt doorgewerkt Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 12 Samenvatting Praktijk 1 Het tempelschema vat de visie van E.G samen: Het fundament: de ervaringsgerichte basishouding: Sensitiviteit van de Kl., empathisch zijn en actief luisteren. De aanpak: drie praktijkprincipes Rijk milieu: Gevarieerd rijk aanbod Gevarieerd en rijk aanbod van materialen, hoeken, ruimtes en activiteiten voorzien en prikkelen in alle OD. Vrij initiatief: Vrij kleuterinitiatief nemen Voorzien van soepele organisatie waarbij elke klr. de ruimte krijgt om eigen initiatieven te nemen. Ervaringsgerichte dialoog: De manier en tussenkomst van de Kl. Leerkrachtenstijl: Aanvaarding, echtheid en empathie Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 13 Samenvatting Praktijk 1 Welke processen vinden plaats: en bevrijdingsprocessen Bevrijdingsprocessen: o Welbevinden: Ontwikkelingen in de beleving van het kind. Belemmeringen herstellen! Creatieve processen: o Betrokkenheid: Ontwikkelingsproces, iets tot stand brengen wat nog niet was. Het einddoel is een mens De emancipatie: o Basisattitude van verbondenheid o Ontwikkelen in het diepste fundamenteel leren o Sterke exploratiedrang o Volfunctioneren, volkomen in voeling met zichzelf Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 15 Samenvatting Praktijk 1 6 Het fundament: ervaringsgerichtheid. 6.1 Het begrip Ervaring is iets concreets, dat men via introspectie (zelfreflectie) tastbaar kan maken. Men kan bewust de aandacht richten op de eigen ervaringsstroom en hem op de voorgrond halen. focussen). Ervaring is meestal impliciet (onrechtstreeks) aanwezig. Ervaringsstroom bevat: 1) Positieve gevoelens (vreugde, sympathie, ...) en negatieve gevoelens (angst, onrust, 2) Alles wat tot ons kennen behoort (waarneming, geheugen, verbeelding, denken, Ervaring is een gegevenheid: wat bepaalde in je oproepen heb je niet volledig in de hand, het overkomt je). Eigenschappen die je als Kl. hiervoor moet hebben: 1. Sensitiviteit 2. Empathisch zijn 3. Actief luisteren 6.1 De processen: bevrijdingsprocessen en creatieve processen. Bevrijdingsprocessen: ontwikkelingen in de belevingswereld van het kind, waardoor de belemmeringen in de eigen ervaringsstroom worden hersteld Welbevinden. Creatieve processen: ontwikkelingsprocessen door de activiteit ontstaat er in het kind iets nieuws, kinderen groeien, verruimen, brengen bij zichzelf iets tot stand wat nog niet was Betrokkenheid. Men richt zich bij het oordelen over onderwijskwaliteit op het kind, niet de competenties maar wat zich in het kind zelf afspeelt terwijl het onderwijs zelf gegeven wordt. M.a. men richt zich op het hier en nu, op het proces. Impliceert dat men criteria nodig heeft die het mogelijk maken de kwaliteit van de ervaringen die zich in kinderen afspelen tijdens het onderwijsproces te beoordelen. Welbevinden en betrokkenheid geven je als leerkracht onmiddellijke feedback over de kwaliteit van je onderwijsaanpak. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 16 Samenvatting Praktijk 1 6 Betrokkenheid Definitie: Fase van intens bezig zijn, geconcentreerd werken, opgeslorpt zijn, tijd Is een toestand waarin kinderen zich bevinden wanneer ze op een intense manier iets bezig zijn. wijst aan dat het creatieve proces zich voltooit). met een procesvariabele Geeft je onmiddellijk feedback over de kwaliteit van wat zich hier en nu afspeelt Kun je meteen bijsturen Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 18 Samenvatting Praktijk 1 3) Openheid en nauwgezetheid De voelsprieten worden uitgestoken om iets boeiends, verteerbaars, uitdagends op te sporen en te capteren en nauwgezetheid en alertheid zijn vaak een uitdaging daarvan. (Wie betrokken bezig is toont een grote alertheid voor prikkels). Alertheid voor prikkels activiteit (antennes) (ontgaan) Tong uit de mond Oog voor relevante details (steekt niet zo nauw) 4) Intense mentale activiteit Toont een ongekende intensiteit en dat is voor ons de kern van betrokkenheid. Wat je met je zintuigen waarneemt is levendig, fris en je bent Bij abstracte activiteiten ga je betekenis van woorden en symbolen doorleven. Die intensiteit maakt dat je bij de ervaring wil stilstaan of erop terug wilt komen. Er gebeurt iets op het cognitieve vlak Sterke zintuiglijke waarneming Doorleven van betekenissen (van woorden en symbolen) Door intensiteit willen stilstaan bij ervaring of erop terugkomen Ervaring komt later terug in expressie (rollenspel, tekening, vertellen, fantasie 5) Motivatie en voldoening Als je betrokken bent, voel je je aangesproken door de activiteit, ben je werkelijk geboeid, word je van binnenuit gedreven. Soms kunnen in een activiteit ook andere behoeften meespelen, maar er moet ook sprake zijn van greep op de realiteit krijgen. Die motivatie noemen we intrinsiek. van de activiteit). Aangesproken door de activiteit, geboeid, van binnenuit gedreven (intrinsieke motivatie), ondernemend, voldoen aan behoefte bevredigen (exploratiedrang) 6) Exploratiedrang de krachtbron die een mens naar betrokken activiteit drijft. Functionele betrokkenheid: Als de aandacht en de concentratie er voor iets anders zijn, een extrinsiek motief dienen. Emotionele betrokkenheid: Verwijst op zijn beurt naar intense ervaringen waarvan de lading eerder emotioneel dan cognitief is. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO 19 Samenvatting Praktijk 1 De niveaus van betrokkenheid: Niveau 1 zeer laag) Niveau 2 laag) Niveau 3 matig) Niveau 4 hoog) Niveau 5 zeer hoog) Niveau 1 Nagenoeg geen activiteit: Een afwezige passieve houding, staren, wegdromen. Indien actief: stereotype, doelloze handelingen en slechts korte momenten van aandacht. Geen tekenen van exploratie, interesse of inzet. Nagenoeg geen mentale activiteit, pikt niets op. Verveelt zich. Niveau 2 Onderbroken activiteit: Beperkte concentratie, snel afgeleid. Afwisselend activiteit en wegkijken, prullen, dromen. Handelingen leiden maar tot beperkt resultaat. De activiteit wordt niet als zinvol beleefd. Niveau 3 Aangehouden activiteit zonder signalen van betrokkenheid: Komt tot activiteit: stelt een reeks handelingen nodig om iets te realiseren. Is er doorgaans met gedachten bij, maar routinegedrag. Niet echt gemotiveerd, voelt zich niet uitgedaagd, beperkte inzet. Spreekt capaciteiten slecht met mate aan. Neutrale beleving: geen echte voldoening noch beleving. Niveau 4 Activiteit met intense momenten: Ononderbroken activiteiten met relatief hoge of wisselende concentratie. Gemotiveerd en aangesproken door de activiteit. Spreekt zijn capaciteiten aan en neemt wat in zich op. De activiteit geeft hem een gevoel van voldoening. Niveau 5 Aangehouden intense activiteit: Doorlopend geconcentreerd, opgeslorpt door de activiteit, niet af te leiden. Voelt zich sterk aangesproken, geboeid, gefascineerd. Spreekt ten volle zijn capaciteiten en mogelijkheden aan. Gregory Cneut Arteveldehogeschool OKO

Was dit document nuttig?

Praktijk 1 - Samenvatting hoofdstuk: 3 - 6 - 7 - 8 - 9

Vak: Praktijk 1

31 Documenten
Studenten deelden 31 documenten in dit vak

Universiteit: Arteveldehogeschool

Was dit document nuttig?